Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Als Mozes zag, dat het volk [39]ontbloot was (want [40]Aaron had het ontbloot tot verkleining onder degenen, die tegen hen hadden mogen opstaan), 39. Niet zozeer van hun sieraad, als van Gods bescherming, zijnde nu als naakte, ongewapende mensen, die van hun vijanden lichtelijk konden overvallen en vernield worden; vergelijk dit met Gen.3:10; Openb.3:18, en Openb.16:15. 40. Deze ontbloting wordt Aaron toegeschreven, omdat hij het goddeloze verzoek des volks niet alleen heeft geconsenteerd, maar ook bevorderd.